Laaggradige ontsteking; de laatste jaren is het een bekend begrip geworden. Maar nieuw is het allerminst. “Onderzoekers kennen dit al heel lang, maar sinds COVID is het bekend geworden bij het grotere publiek. Daar werd pijnlijk duidelijk dat mensen met metabole verstoringen veel gevoeliger waren om de meest ernstige vorm van COVID te krijgen”, vertelt Suzan Wopereis, onderzoeker bij TNO.
Een elastiekje. Een nieuw exemplaar rekt uit en veert terug. Uit en terug. Talloze keren achter elkaar. Maar een te oud elastiekje is niet meer zo flexibel. Het is uitgelubberd, veert niet meer terug en rekt niet meer goed uit. Die vergelijking gebruikt Wopereis bij het uitleggen van het immuunsysteem. “Een gezond immuunsysteem is flexibel als een nieuw elastiek. Het rekt uit wanneer het nodig is en daarna veert het weer terug in de ruststand. Maar als het elastiek te wijd is, kan het niet meer goed uitrekken en niet meer goed terugveren.
Cascade van processen
Nu de vertaling naar het lichaam. Wopereis: “Bij een gezonde ontstekingsreactie komt een cascade van processen op gang bij aanraking met een virus of een andere lichaamsvreemde stof. Het lichaam haalt alles uit de kast om dit onschadelijk te maken. Eerst komt het algemene afweersysteem in actie met een pro-inflammatoire reactie. Daarna komt de specifieke afweer in actie waarmee het partikel onschadelijk wordt gemaakt. Tot slot start er een anti-inflammatoir proces waarbij de ontsteking weer afneemt.”
“Als de flexibiliteit van het immuunsysteem afneemt kan het immuunsysteem niet meer adequaat reageren op een nieuwe virus of een lichaamsvreemde stof. De pro-inflammatoire reactie is niet adequaat genoeg en het anti-inflammatoire proces komt ook niet goed op gang. Daardoor kan het lichaam niet meer goed reageren op infecties, maar ook vormt het een risico op het ontstaan van (chronische) aandoeningen op andere plekken in het lichaam.”
Probleem van binnenuit
Laaggradige ontsteking is een belangrijke oorzaak van de afname van de flexibiliteit van het immuunsysteem. Die ontsteking ontstaat door metabole problemen in het lichaam. “Daarbij ontstaat er een continue en milde ontstekingsreactie, want het lichaam probeert dit te corrigeren. Maar zolang de oorzaak niet weggaat, blijft dat proces doorgaan”, vertelt Wopereis.
“In het geval van metabole ontregeling is het bijvoorbeeld zo dat de adipocyten op een gegeven moment niet meer goed kunnen oprekken. Het vet kan niet meer het vetweefsel in. De adipocyten gaan kapot, waardoor er een ontstekingsreactie ontstaat. Dat blijft doorgaan en sluimeren. Of de lipiden worden opgeslagen in andere organen die niet bedoeld zijn als vetopslag, zoals de lever. Als er niet wordt ingegrepen op de metabole verstoring dan kunnen ook deze cellen breken en ook hier een proces van leverontsteking ontstaan. Dat leidt tot NASH, niet alcoholische leverontsteking. Een andere plek waar we die vetopstapeling zien zijn de vaatwanden, waardoor het leidt tot hart- en vaatziekten. Maar ook de darmen zijn een bekende plek. Laaggradige ontsteking kan eigenlijk in alle weefsels zitten waar een metabole verstoring aan de gang is.”
Sluipmoordenaar
Laaggradige ontsteking is een sluipmoordenaar. Wopereis: “Het is een belangrijke factor in de omslag van gezondheid naar ziekte, en van ziekte naar comorbiditeiten. Maar de ontstekingen zijn vaak lang onzichtbaar, vinden plaats in de weefsels waar het vaak ingewikkeld is om metingen te doen. Bij dieren kunnen we weefsels onderzoeken, maar bij mensen kijken we veelal in het bloed. Omdat het een sluimerend proces is – laaggradig – en plaatsvindt in de weefsels is het vaak lastig te meten of diagnosticeren. We zien het eigenlijk vooral aan de verstoorde afweer die ontstaat als iemand in aanraking komt met een virus.”
Subtiele interventie via leefstijl
Behandelen is eigenlijk alleen mogelijk door metabole verstoringen te minderen. Anti-inflammatoire medicatie is niet een goede oplossing, omdat dit de ontstekingsreactie zo sterk onderdrukt dat het lichaam alsnog niet adequaat kan reageren. Met leefstijlveranderingen kan je subtieler interveniëren en het afweersysteem sterker maken.
Afvallen is vaak de eerste stap. “Zeker bij mensen met veel visceraal vet en risicofactoren van het metabool syndroom, weet je eigen wel zeker dat die mensen over het algemeen laaggradige ontstekingen hebben”, vertelt Wopereis. “Een gecombineerde leefstijlinterventie lijkt het meest effectief, met aandacht voor voeding, beweging, slaap, stress en roken.”
Meeste evidence voor voeding
Een belangrijke nadruk moet daarbij liggen op voeding. “Het lichaam heeft de juiste nutriënten nodig om de cascade aan immuunprocessen uit te kunnen voeren. Dus voldoende vitamines, mineralen en omega-3-vetzuren. Omega-6 vetzuren hebben we ook nodig, maar daar krijgen we via ons voedingspatroon over het algemeen wel genoeg van binnen. Verder zien we associatief dat het immuunsysteem het ook beter doet bij een eetpatroon met veel vezels. En ook lijkt een lage blootstelling aan toxische stofjes het systeem te prikkelen om goed getraind te blijven, trained immunity noemen we dat.” Groenten en fruit bevatten vaak een hele lage dosis van deze toxische stofjes. Tot slot is ook de timing van het eten belangrijk. “Als je continu aan het eten bent, krijgt het lichaam niet de tijd om goed te herstellen. Intermitterend vasten of in een bepaald window eten, dat lijkt goed te zijn voor je immuunsysteem. Hoe je dat het beste vorm kan geven, dat is nog volop onderwerp van onderzoeken.”
Interessant?
Op 13 september spreekt Suzan Wopereis op het congres Leefstijlgeneeskunde in de Spreekkamer. Aanmelden kan via deze link.