Van ketter tot redder: psychiater en onderzoeker Rogier Hoenders maakt zich al jaren sterk voor leefstijlgeneeskunde in de ggz. “Patiënten onthouden van de mogelijkheid zelf iets aan hun gezondheid te verbeteren, is moreel onjuist. Leefstijlpsychiatrie is empowerend.”
“De psychiatrie is een spiegel van de maatschappij: wat er speelt op maatschappelijk vlak zie je vaak ook terug in ons specialisme. Dat geldt ook voor leefstijl. Denk maar aan de coronatijd: ineens werd heel duidelijk hoe groot de invloed is van leefstijl op de gezondheid”, schetst Hoenders. Hij is als psychiater, hoofd onderzoek & behandelzaken van centrum integrale psychiatrie (CIP) werkzaam bij Lentis en heeft bijna een kwart eeuw ervaring in de psychiatrie. Leefstijlgeneeskunde in de ggz heeft al lange tijd zijn interesse; de afdeling waar hij werkt staat landelijk bekend om haar vooruitstrevendheid op dit vlak.
Gefronste wenkbrauwen
Hoenders raakte zelf in 2006 geïnspireerd door leefstijlgeneeskunde in de psychiatrie, maar kreeg de eerste jaren vooral gefronste wenkbrauwen te zien. “Soms werden we tegengewerkt of zelfs verketterd. Intussen blijkt uit wetenschappelijk onderzoek dat er een duidelijke correlatie is tussen ongezonde leefstijl en het ontstaan en beloop van psychische aandoeningen. Bij sommige aandoeningen en interventies is er zelfs causaliteit aangetoond, zoals runningtherapy bij depressie. Het heeft zo’n vijftien jaar geduurd, maar leefstijlgeneeskunde komt nu mondjesmaat door in de ggz.”
Geen uitwassen
Dat ‘mondjesmaat’ op zich is helemaal niet zo’n probleem, vindt hij. “Gestaag stabiele stappen maken is mijn motto. Het risico van snelheid is namelijk dat je uitwassen krijgt, hypes. Denk aan hoe mindfulness ineens razend populair werd en soms onzorgvuldig en commercieel wordt aangeboden. Dat moet je niet willen, ook met leefstijlgeneeskunde uiteraard niet. Met een frisse, open, wetenschappelijke blik proberen wij critici die dogmatisch tegen zijn te overtuigen, en mensen die blind alles omarmen te temperen. Niet altijd een gemakkelijke positie om te hebben, maar wel een belangrijke: we moeten samen waken voor extremen.”
Denkfout
Critici die Hoenders spreekt, vinden dat je patiënten schuld aanpraat als je hen wijst op de mogelijkheid zelf je gezondheid te beïnvloeden door leefstijl. “Een denkfout. Als je depressie kan behandelen door gezondere leefstijl, betekent dat niet perse dat ongezonde leefstijl ook de (enige) oorzaak was. Immers, als Prozac helpt tegen depressie betekent dat toch ook niet dat men depressief werd door tekort aan Prozac? Bovendien merk ik in de praktijk dat patiënten juist dankbaar zijn dat ze door betrouwbare informatie en leefstijlvaardigheden meer regie over eigen gezondheid krijgen; dat geeft empowerment. Het is moreel onjuist om ze die mogelijkheid te onthouden.”
Te simpel
Daarnaast hoort Hoenders soms dat het te simpel gesteld is om psychiatrische aandoeningen op te lossen met een gezonde leefstijl. “Een psychose los je natuurlijk niet op door meer sla te eten. Het is echter een misvatting dat leefstijlgeneeskunde een medische behandeling zou vervangen. Het is een aanvulling. Naast medicatie draagt gezonde leefstijl bij aan meer gezondheid en welzijn. En ook voeding heeft (enige) invloed.”
Olijfolievlek
Een leefstijlinterventie is een aanvulling die als een olijfolievlek werkt, zoals Hoenders het noemt. “Het is de kunst om bij jouw patiënt te kijken wat hem aanspreekt. Je hebt een heel breed scala aan mogelijkheden in de leefstijlgeneeskunde, maar je kunt én moet niet alles tegelijk doen. Heeft de patiënt in het verleden een positieve ervaring met een sport of vorm van beweging, of met andere voeding? Of heeft iemand veel interesse in relaxatie of meditatietechnieken? Begin met dat thema, en vaak volgt dan de rest vanzelf.”
Regie en autonomie
Hij vertelt over een vrouw met borderlineproblematiek, die door leefstijlregistratie en deelname aan de leefstijltraining ontdekte dat haar stemmingswisselingen verergerden als ze veel junkfood en suiker at. “Ze was laaiend enthousiast, ging haar voedingspatroon veranderen, werd emotioneel stabieler en deed uiteindelijk zelfs de opleiding tot diëtist. Ze voelde meer regie en autonomie, juist bij borderline belangrijk.”
Medemenselijkheid
In zijn werk gebruikt Hoenders soms zijn eigen leefstijlworstelingen uit het verleden als voorbeeld. “Bij leefstijlgeneeskunde draait het om: practice what you preach. Patiënten, zeker in de ggz, voelen feilloos aan of je boekenwijsheid deelt of dat je een doorleefde ervaring hebt. Ik leef zelf nu erg gezond, maar in mijn jeugd at ik erg veel suiker en in mijn studententijd heb ik een tijdlang gerookt, junkfood gegeten en dronk ik soms veel koffie en bier. Ieder mens worstelt wel met leefstijl en verleidingen. Dat erkennen, en ook zelf blijven werken aan gezond leven, maakt het therapeutische contact medemenselijk en gelijkwaardig. Daarmee inspireer en motiveer je mensen.”
Niet praten maar ervaren
Gewoon doen is het advies dat Hoenders aan collega-professionals in de ggz en huisartsenpraktijk mee wil geven. “Het valt me op dat we vaak te lang over leefstijlinterventies praten. Doe liever een ervaringssessie, in een vroeg stadium. Een ademhalingsoefening, een bodyscan: iets laagdrempeligs waarmee een patiënt meteen voelt waar het over gaat. Zoiets heeft tien keer meer impact dan ‘praten over’.”
Rogier Hoenders schreef mee aan het Handboek Leefstijlpsychiatrie, vol wetenschappelijke kennis, ervaringsverhalen, praktische handvatten en best practices op het gebied van leefstijlpsychiatrie.