Zeg jij wel eens dat iemand suikerziekte heeft of slecht is ingesteld? De bedoeling is waarschijnlijk goed, maar op iemand met diabetes kan het negatief of beschuldigend overkomen. De manier van praten en de taal die je gebruikt, zijn van invloed op hoe iemand naar zichzelf en zijn/haar aandoening kijkt. Daarom is er nu een Nederlandse versie van het Language Matters statement, gemaakt door ANIOS Sanne van Beem en psycholoog Anne Jacobs.
Al in 2012 riep de Australische Diabetesvereniging op tot ‘een nieuwe taal voor diabetes’. In een eerste position statement maken de auteurs duidelijk dat de manier waarop we communiceren over diabetes een aantal problemen kent. Het is bijvoorbeeld vaak -onbewust- stigmatiserend, verwarrend, en soms schadelijk. Daarmee kan het impact hebben op het emotionele welzijn van mensen die met diabetes te maken hebben, het omgaan met de ziekte en op medische uitkomsten.
Nederlandse versie
Na deze eerste aanzet tot verandering in de taal rondom diabetes, volgden veel andere landen. Diabetesorganisaties in de VS, het Verenigd Koninkrijk, Italië, Frankrijk, India en Canada publiceerden vergelijkbare statements. En nu ook Nederland.
Volop steun
Van Beem en Jacobs komen als zorgprofessionals vaak in aanraking met diabetes en merkten de impact van het taalgebruik. “Het is ook steeds vaker een onderwerp op congressen en we vonden het heel belangrijk, dus hebben wij het initiatief genomen om dit statement ook in Nederland uit te brengen. Daarbij kregen we de steun van verschillende diabetesorganisaties zoals de Bas van de Goor Foundation, de diabetesvereniging en Diabetes+, verschillende zorgverleners en onderzoekers”, vertelt Van Beem.
Taal is cultuur- en landgebonden
Het maken van de Nederlandse versie was nog een aardige klus. “Het is meer dan alleen vertalen. Taal is cultuurgebonden en ieder land heeft weer eigen uitdrukkingen. Suikerziekte wordt in Nederland veel gebruikt, maar nergens anders gebruiken ze een vergelijkbare uitdrukking. Hier wordt dat door veel mensen toch als een vervelend woord beschouwd. En ook andere woorden vroegen om een passend Nederlands alternatief. Daarvoor heb je mensen met diabetes zelf nodig en zorgverleners die met de mensen werken, als een klankbordgroep.”
Betere alternatieven
Zo worden termen als ouderdomsdiabetes of jeugddiabetes vervangen door de juiste terminologie, zoals bijvoorbeeld Type 1 diabetes, Type 2 diabetes, MODY en LADA. Kan een “slechte bloedglucose” beter worden vervangen door de concrete waarde of hoge of lage bloedglucose, en kun je beter het woord “managen” gebruiken dan “instellen” of “reguleren”. Want -zo beschrijft het statement-: “ingesteld zijn” suggereert een passief, eenmalig proces, terwijl mensen met diabetes elke dag opnieuw uitdagingen tegenkomen die het managen van bloedglucose ingewikkeld maken.
Staat er niet bij stil
Het is geen aanval richting zorgverleners, benadrukt Van Beem. Want er gaat ook heel veel wel goed. En vaak gaat het taalgebruik onbewust. “Je krijgt het zo aangeleerd, via boeken of via degenen van wie je het vak leert. Je staat er niet altijd bij stil wat voor impact jouw taalgebruik heeft op de ander.” Maar bijvoorbeeld het spreken over een slechte waarde geeft een oordeel aan de bloedglucose of het bloedglucose-management. Dit kan leiden tot gevoelens van falen, schuld en schaamte. “Dat gevoel kunnen mensen internaliseren. Je geeft de boodschap dat iemand het niet kan, en dat komt de zelfzorg niet ten goede.”
Zorgverleners en daarbuiten
Het Language Matters statement is in eerste instantie bedoeld voor zorgverleners. Maar ook hoopt Van Beem dat het breder toegepast gaat worden, zoals in de media en social media.
Het hele statement is te lezen via deze link of via de webiste van Language Matters.