Generatie na generatie neemt de kwaliteit en de diversiteit van ons darmmicrobioom af. De darmbacteriën hebben te lijden onder verstedelijking, betere hygiëne, verkeerde voeding, ongezonde leefstijl en het minder in aanraking komen met andere systemen. “We lijken af te stevenen op een catastrophic collaps, waarin de rijkheid van ons darmmicrobioom zo ver is afgenomen dat het niet meer de essentiële functies in ons lichaam kan vervullen”, vertelt Olaf Larsen, assistent professor One Health Innovation aan VU Amsterdam.
Sinds halverwege de vorige eeuw neemt het aantal infectieziekten af. TBC, mazelen, de bof. Allemaal ziektes die langzamerhand steeds minder worden. “We leven langer, er zijn effectieve vaccinaties, we zijn hygiënischer gaan leven. Dat is goed nieuws. Maar dit heeft ook een keerzijde”, vertelt Larsen.
De verkeerde kant op
“Tegelijkertijd met de daling van infectieziekten neemt het aantal auto-immuunziektes juist toe”, gaat Larsen verder. “We zien grote stijgingen van onder meer multiple sclerose (MS), ziekte van Crohn en diabetes mellitus type 1. Het metabool syndroom neemt gigantisch toe. Momenteel heeft zo’n 40% van de mensen in de VS metabool syndroom. Maar ook de prevalentie van mentale klachten zoals depressie stijgt. Op alle vlakken, mentaal, metabool, auto-immuunziektes en infecties, gaat het de verkeerde kant op.”
Old friends
Hiervoor zijn meerdere verklaringen, maar een van de mogelijke oorzaken is dat ons darmmicrobioom steeds minder rijk en divers wordt. “Door de manier waarop we leven, komen we met minder bacteriën en ziektekiemen in aanraking. Hierdoor worden we minder vaak ziek door infecties, maar missen we ook het gunstige effect van het samenleven met allerlei bacteriën. Die bacteriën worden ook wel onze old friends genoemd, en daar trekken we steeds minder samen mee op. Je ziet het vooral in de Westerse wereld, waar veel verstedelijking plaatsvindt. De gevolgen daarvan zagen we bijvoorbeeld bij COVID; de Westerse gebieden in de wereld hebben de heftigste epidemie gehad. Dat lijkt een correlatie te hebben met blootstelling aan microben. Onze old friends spelen een essentiële rol in de ontwikkeling en regulatie van het immuunsysteem, van het metabolisme en van het functioneren van de hersenen.”
One Health
“We moeten in contact blijven met verschillende micro-organismes uit de aarde, water, lucht, dieren en planten. De balans tussen de gezondheid van mensen, dieren en ecosystemen noemen we wel one health. Vanaf de geboorte neemt het darmmicrobioom sterk toe, onder invloed van blootstelling aan de externe factoren. De eerste kinderjaren zijn daarin het allerbelangrijkst, daarin wordt het microbioom opgebouwd. Als je veel blootgesteld wordt aan en samenleeft met verschillende organismes en ecosystemen, dan leert je immuunsysteem al op jonge leeftijd wat wel en niet oké is. Als je immuunsysteem dat niet leert, dan ontstaan er veel sneller immuunreacties, met astma, eczeem en auto-immuunziektes tot gevolg”, vertelt Larsen.
Catastrophic collaps
Door de afname van het darmmicrobioom hebben we minder bacteriën die essentieel zijn voor processen in het lichaam. Darmbacteriën vervullen verschillende functies, zoals de aanmaak van korte-keten-vetzuren als butyraat en de communicatie met de hersenen. Larsen: “Bij een stabiel microbioom zijn er voldoende en voldoende verschillende darmbacteriën die die functies kunnen vervullen. Als er dan een keer een soort bacteriën uitvalt, bijvoorbeeld door het gebruik van antibiotica, dan vangen andere bacteriën die functies op. Maar als er te weinig diversiteit in het microbioom is, vallen die functionaliteiten weg. Dan spreken we van een catastrophic collaps. Als dat gebeurt, zal de prevalentie van al die gerelateerde ziektes nog veel harder toenemen, omdat het darmmicrobioom niet meer de essentiële functies kan vervullen. Ik denk dat we misschien al heel dichtbij dat omslagpunt zijn.”
Restauratie van het microbioom
De vraag is natuurlijk hoe we dat microbioom kunnen restaureren. Op volwassen leeftijd is het darmmicrobioom veel minder sterk te beïnvloeden dan in de eerste kinderjaren. “We kunnen ons darmmicrobioom alleen nog in topvorm houden door goede voeding met pre- en probiotica, voldoende beweging, goede slaap en het vermijden van stress”, volgens Larsen. “Maar het allerbelangrijkst is de goede opbouw van het darmmicrobioom in die eerste kinderjaren. Kinderen moeten gewoon weer met de handen in de klei. Buitenspelen, met dieren in aanraking komen, met plantjes, met alles wat er leeft om ons heen. Meer biodiversiteit en meer tijd in de natuur. Dan kunnen onze old friends hun werk weer goed doen.”