Inleiding
Obesitas (BMI ≥ 30 kg/m2) is een veelvoorkomende multifactoriële aandoening. In 2021 was 50 % van de volwassenen Nederlanders te zwaar en 14,3 % had obesitas. en 14,3 % had obesitas. (Epi)genetische factoren en omgevingsfactoren zijn de voornaamste oorzaken; deze hebben een wisselwerking met elkaar.
Obesitas is een risicofactor voor een groot aantal aandoeningen. Het wordt geassocieerd met een verhoogd risico op onder andere hart- en vaatziekten, diabetes mellitus type 2, verschillende vormen van kanker, lage rugpijn en slaapapneu. Met name vetstapeling in de buikholte leidt tot een ongunstig risicoprofiel. Gewichtsverlies kan dat risicoprofiel verbeteren, maar dat gewichtsverlies langdurig behouden is lastig. Structurele veranderingen van eetgedrag en lichamelijke activiteit vormen de hoekstenen van de behandeling. Dit kan eventueel gedragstherapeutisch, medicamenteus of chirurgisch worden ondersteund. Daarnaast spelen omgevingsfactoren een belangrijke rol; deze zijn door het individu moeilijk te beïnvloeden. Hier zijn ook de overheid, levensmiddelenfabrikanten en andere partijen aan zet om de omgeving zo in te richten dat overconsumptie en inactiviteit worden afgeremd. Dit hoofdstuk beschrijft de prevalentie, het ziektebeeld, de etiologie, diagnostiek en voedingsgerelateerde behandelmogelijkheden van obesitas in grote lijnen, evenals de rol van de diëtist.